Waarschuwing: Over de inhoud van dit bericht is de nodige discussie, evenals het gebruik van soja bij jonge kinderen tot 3 jaar!
Zie o.a. ook de informatie op de websites van het Voedingscentrum, Lareb, ahealthylife en de weetjes van Rineke Dijkinga.
Fytinezuur
Veel mensen zien soja als een gezond voedingsmiddel. Het wordt zelfs bejubeld als superfood. De Japanners eten het immers al heel lang.
Alleen velen zien een belangrijk detail over het hoofd en dat is dat soja in de Japanse keuken vrijwel alleen gefermenteerd wordt gegeten. Bij fermentatie zorgen bacteriën, schimmels of gisten voor het omzetten van stoffen in een product, waardoor de zuurgraad, smaak, geur of uiterlijk verandert. Als je besluit geen vlees meer te eten vervang het dan niet klakkeloos door soja. Want waarom niet? In soja, net als in granen, zaden en bonen zit fytinezuur, een antinutriënt. Antinutriënten zijn stoffen die een plant aanmaakt om zich te beschermen tegen ‘plagen en vraat’. Zonder deze stoffen zou de plant massaal worden opgegeten en het niet overleven. Daarom zijn deze stoffen licht toxisch en slecht verteerbaar, zodat de ‘belager’ van de plant zich hopelijk op een ander voedingsmiddel stort. Deze toxische stoffen moeten zeker niet overvloedig gegeten worden. Door soja, zaden en bonen te laten ontspruiten, weken of fermenteren worden de fytinezuren voor een groot deel afgebroken. Fytinezuur heeft namelijk de nare eigenschap dat het de opname van andere mineralen tegengaat, vooral magnesium en zink. Ook zet het de spijsvertering onder druk en kan het darmklachten geven.
Fyto-oestrogenen
Naast fytinezuur zitten er in soja veel fyto-oestrogenen. Dit zijn plantaardige stoffen die op menselijke hormonen lijken, maar het niet zijn. En van deze stofjes wil je niet te veel binnenkrijgen want dit kan onder andere zorgen voor stemmingswisselingen, disbalansen in de hormoonhuishouding en onvruchtbaarheid. Het gehalte van deze stoffen in soja is ontzettend hoog. Ook in o.a broccoli, meergranenbrood, aardbeien en linzen komen deze stoffen voor, maar stukken minder zodat deze voedingsmiddelen zonder problemen kunnen worden gegeten. Soja is in veel gezinnen populair en wordt ook aan kinderen gegeven die niet goed op melk reageren. Dit vanuit het idee dat je iedere dag ‘zuivel’ moet eten in verband met de dagelijkse benodigde calcium. Nou zit er van nature al weinig opneembare calcium in sojamelk, maar kinderen krijgen via deze ongefermenteerde soja producten dus wel veel belastende stoffen binnen.
Als je bang bent dat je kind te weinig calcium binnen krijgt, geef ze dan meer groene groente zoals broccoli, boerenkool, waterkers, bladgroente of voedingsmiddelen als: noten, zalm, quinoa, eieren, cacao en linzen. En deze calcium is ook nog eens beter opneembaar dan de calcium in koemelk.
Gefermenteerde soja
Wil je toch soja eten of het aan je kinderen geven, kies dan voor gefermenteerde soja producten als gefermenteerde sojabonen, miso, sojasaus (de echte) en tempeh. En niet voor de melk, yoghurt en burgers. Op deze manier wordt het in Azië al honderden jaren gegeten. Let er nog wel op dat alle sojaproducten die je koopt biologisch zijn. Bijna alle verkrijgbare soja in de supermarkt is genetisch gemanipuleerd en dit heeft ook bewezen nadelige gevolgen voor de gezondheid en het milieu.