Al enige tijd werken Stichting Kind en Voeding en Stichting de Nieuwe Leefstijl samen. De Nieuwe Leefstijl is voornamelijk nog in het Noorden van het land actief, maar zet daar voor diverse activiteiten voorlichters van Kind en Voeding in, zoals bij het evenement ter gelegenheid van Wereldvoedseldag in Frederiksoord op 14 oktober jl. Het was daarom geen vreemde suggestie om bestuurders van beide organisaties uit te wisselen om de mogelijkheid elkaar te versterken meer kans te geven. Door die ruil is per 1 januari 2018 Barbara Pruim medebestuurder van de Nieuwe Leefstijl en ondergetekende bestuurder van Stichting Kind en Voeding geworden. En natuurlijk kreeg ik het verzoek om meteen in de eerste blog van het jaar mij voor te stellen.
Als oud-directeur van het Healthy Ageing Network Noord-Nederland en tot een paar maanden geleden tevens bestuurder van Noorden Duurzaam, word ik gezien als een soort dwarsligger tussen gezondheid en duurzaamheid. Dat dwarsligger mag je behalve als verbinder ook lezen als rebels, want soms is dat ook nodig om iets te bereiken. Ik kijk wel regelmatig achterom of ik niet te ver voor de muziek uitloop, maar heb er geen moeite mee om voorop te lopen. In het kader van de activiteiten om gezond oud worden op de kaart te zetten (in enkele jaren tijd brachten we 120 organisaties bij elkaar rond dit thema), was preventie een van de belangrijkste onderwerpen. Hoewel het op elke leeftijd nog zinvol is om aandacht te besteden aan voldoende bewegen en gezonde voeding, bleek dat in de kindertijd vaak al de basis wordt gelegd voor verschillende chronische ziekten die op latere leeftijd de kop opsteken.
De artsen met wie ik samenwerkte in de periode van het Healthy Ageing Network hadden in hun totale opleiding slechts vier tot zes uur voedingsleer gehad. Tegenwoordig schijnt dat enkele uren meer te zijn, maar onvoldoende om de rol van voeding voldoende in te kunnen schatten. Vanuit de Nieuwe Leefstijl en Stichting Kind en Voeding zullen we daaraan extra aandacht besteden, maar met name ook de voorlichters van Stichting Kind en Voeding voldoende bagage geven om aan te kunnen geven wat al dan niet gezond is en waarom.
Natuurlijk zijn we ons ook bewust dat voeding slechts een onderdeel is van een integrale aanpak. De Denen krijgen door een integrale aanpak met leefstijlaanpassingen – waar ik in een volgende blog nader op in kan gaan – inmiddels kinderobesitas goed onder de knie en stabiliseert het in diverse steden. In Nederland is 16% van de kinderen en jongeren (tot 20 jaar) te zwaar en dat aantal stijgt volgens het CBS nog steeds. (Overigens vindt hoogleraar Public Health Jaap Seidell die cijfers onvoldoende betrouwbaar.) Daarnaast komt echter ook
3 tot 8% ondergewicht voor bij kinderen, jongeren en jongvolwassenen. Ook daaraan dient aandacht te worden besteed.
Om de relatie met de scholen en kinderdagverblijven te kunnen uitbouwen en intensiveren zal Stichting Kind en Voeding in de komende periode steeds meer met regionale coördinatoren gaan werken. Dat blijkt bijvoorbeeld in het Noorden van het land al goed te werken. We gaan dat gezamenlijk uitrollen over de rest van het land. Ik ga er vanuit dat dit niet alleen tot gezondere kinderen leidt, maar overall tot gezondere mensen.
Ko Henneman
Voorzitter Stichting Kind en Voeding

